Hybride entiteiten zijn vennootschappen, welke verschillend worden geclassificeerd onder de verscheidene heersende wetgeving van twee of meer naties. Dit heeft tot gevolg dat een classificatieconflict zich zal voordoen, waarbij het ene land de entiteit als fiscaal transparant zal aanmerken en het andere land bij nationale wetgeving dezelfde entiteit zal kenmerken als zijnde fiscaal non-transparant. Het substantiële verschil in deze benadering is dat fiscale transparantie leidt tot belastingheffing op het niveau van de aandeelhouders of participanten, terwijl de kwalificatie van non-transparantie inhoudt dat belastingheffing plaatsvindt op het niveau van de entiteit zelf. Het fiscale gevolg, zonder een leidend bilateraal belastingverdrag tussen de twee landen, zou dubbele belastingheffing of dubbele belastingvrijstelling zijn. Gelukkigerwijs, hebben veel landen – waaronder Nederland – bilaterale belastingverdragen gesloten en/of een unilateraal bekrachtigd belastingbeleid opgesteld om op doeltreffende wijze om te gaan met hybride entiteiten. Het primaire doel van deze belastingverdragen wordt gevonden in het cruciale belang van handelspartners en corresponderende inkomensstromen vanuit het buitenland ten gunste van de nationale economie. Teneinde dat te bewerkstelligen, bevatten de leidende bilaterale belastingverdragen vele bepalingen ten aanzien van de fiscaal toegestane mogelijkheden betreffende hybride entiteiten. Het behoeft dan ook geen verdere introductie dat ook overheden hun soevereiniteit bewaken, binnen de verdragsbepalingen, door het opnemen van zogenoemde ‘beschermende clausules’ (in het Engels: ‘savings clauses’) die zorgen voor een ongelimiteerde heffingsbevoegdheid en jurisdictie ondanks de verdragsbepalingen, hetgeen kan leiden tot verdragsschending. Dientengevolge, is het voor ondernemingen raadzaam om tevens de lokale regels en internationale en Europese wetgeving in ogenschouw te nemen – in het bijzonder de anti-misbruikwetgeving oftewel CFC-wetgeving (in het Engels: ‘Controlled Foreign Corporation), nationale belastingwetgeving, unilateraal afgekondigd fiscaal beleid, internationaalrechtelijke en Europeesrechtelijke waarborgen – indien gebruik wordt gemaakt van een hybride entiteit (structuur) binnen het functionele raamwerk van de organisatie.
Instroom van vermogen
Ten einde grensoverschrijdende directe investeringen en de corresponderende instroom van vermogen te faciliteren, hebben staten – onder bepaalde voorwaarden en in overeenstemming met CFC-wetgeving – besloten dat verdragsvoordelen worden toegewezen aan grote en middelgrote groepsondernemingen, welke gebruik maken van hybride entiteiten in hun bedrijfsstructuur. Voor een organisatie is het dan ook van belang om vast te stellen of de hybride entiteit toegang heeft tot het verdrag en daarmee de verdragsvoordelen en onder welke voorwaarden toegang tot het verdrag wordt ontzegd. De toegang tot het verdrag zal de classificatie van de hybride entiteit in elke verdragsstaat onthullen en daarmee de bijbehorende fiscale gevolgtrekkingen en/of mogelijkheden. Bovendien, is de aanspraak die de organisatie maakt op de verdragsvoordelen – wat betekent de toewijzing van belastingvrijstelling of belastingverrekening – afhankelijk van de vastgestelde classificaties ten aanzien van de toegang tot het verdrag. Nederland heeft bijvoorbeeld een goed ontwikkelde ‘Advance Tax Ruling’ (ATR) praktijk, waarbij organisaties vooraf zekerheid krijgen van binnenlandse belastingautoriteiten met betrekking tot de verdragstoegang alvorens zij hun geplande gebruik van een uitgebreide hybride entiteit structuur binnen hun ondernemingsverhoudingen ten uitvoer brengen.
“The pessimist complains about the wind; the optimist expects it to change; the realist adjusts the sails.”
William Arthur Ward (1921-1994), American writer
Bedrijfsstrategie
Van Clamsfield International Ltd. heeft een bedrijfsstrategie ontwikkeld die organisaties in staat stelt de huidige commerciële kansen in hun marktsector te benutten die cruciaal zijn voor hun welvarendheid. De bedrijfsstrategie is gericht op verdragstoegang – en dus verdragsvoordelen – voor hybride entiteiten, welke worden opgenomen binnen het functionele raamwerk van een organisatie teneinde doeltreffend om te gaan met de bronbelasting op royalty’s met betrekking tot cinematografische kunstwerken en televisie uitzendingen onder het V.S.- Nederland belastingverdrag.
Van Clamsfield International Ltd. biedt gedetailleerde informatie, praktische richtlijnen en expertise met betrekking tot de volgende hybride entiteit structuren onder het V.S. – Nederland belastingverdrag, die van invloed zijn op de bronbelasting op royalty’s met betrekking tot films en televisie uitzendingen:
Additionele toepassingen
Van Clamsfield International Ltd. voorziet tevens in advisering over de mogelijkheden van hybride entiteiten onder het V.S. - Nederland belastingverdrag met betrekking tot outbound dividenden en interest betalingen. Daarnaast, ontwikkelt Van Clamsfield International Ltd. ook andere bedrijfsstrategieën, welke toepasbaar zijn binnen hybride entiteit raamwerken, in de gebieden van zakelijke verkoopopbrengsten uit buitenlandse bron, zakelijke dienstverlening opbrengsten uit buitenlandse bron, zakelijke scheepvaart opbrengsten uit buitenlandse bron en zakelijke olie-gerelateerde inkomsten uit buitenlandse bron. Updates en meer informatie zullen worden geplaatst in de sectie grensverleggend.